Het paard van Ferrari en andere auto-biografieën
Wie waren de talloze mensen van wie de achternaam in een automerk voortleeft? De avonturen van Henry Ford zijn enigszins bekend, maar van vele automerken weten we nauwelijks dat het ook achternamen zijn. Louis Chevrolet bijvoorbeeld, de zoon van een Zwitserse horlogemaker, maakte in zijn jonge jaren furore als wielrenner. De vader van André Citroën kwam uit de Amsterdamse Kalverstraat en zijn familie heette oorspronkelijk Limoenman. Louis Renault bleef tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ondanks de overname van de Duitse bezetter zijn bedrijf leiden. Was Ferdinand Porsche de beste vriend van Hitler? Waarom zette August Horch zijn naam om in het Latijn (horch-luister-audi), hoe kwam het Ottawa-opperhoofd Pontiac met een afbeelding van zijn hoofd op een auto terecht, en waar komt dat dekselse zwarte paard van Ferrari nu eigenlijk vandaan?
Marcel Grauls plaatst zijn auto-biografieën in een sociale, politieke en economische context. Voor een keer staan niet de autotypes, de cilinders en het aantal motorkleppen centraal in een autoboek, maar het leven van de automakers zelf. Een schoolvoorbeeld van verrassende vertelkunst.