Diepenveensche Tabak Centrale - Een plantage onder de rook van Deventer 1942-1959
OverzichtIn 1939 waren er in Nederland zo'n drieënhalf miljoen rokers die samen dertig miljoen kilo tabak de lucht in bliezen! Toen in de Tweede Wereldoorlog de import van tabak stil kwam te liggen ontstond er dus een groot probleem en gingen veel rokers zelf tabak verbouwen. Maar het fermenteren en kerven van de bladeren tot bruikbare tabak konden die amateurs niet.
De Diepenveners tuinder Derk Keurhorst en oud-tabaksplanter Gerrit Weverling zagen het gat in de markt en zo ontstond in 1942 aan de Puinweg in hun woonplaats de Diepenveensche Tabak Centrale, kortweg de DTC. Hun onderneming heette in de volksmond 'de plantage van Keurhorst'. Het werd een groot succes. Duizenden amateur-tabakkers uit heel Nederland vertrouwden hun oogst toe aan dit fermenteerbedrijf en ze kregen er geurige inlandse tabak voor terug. Omdat de tabaksindustrie in Deventer stillag, kon de DTC ook gebruik maken van leegstaande fabriekshallen en een kerfbedrijf in Deventer.
Na 1945 ging de DTC over in Deventer handen. Toen de import van tabak langzaam weer op gang kwam, hield de nieuwe eigenaar het bedrijf met kunst-en-vliegwerk overeind tot eind 1959.
Met frisse tegenzin verkocht ook de heer Jansen van de bekende Deventer tabakszaak 'Jansen aan de Brink' tijdens de oorlog inlandse tabak. Zijn zoon en opvolger Jan Jansen startte in 2002 een speurtocht naar de geschiedenis van de inlandse tabaksteelt en in het bijzonder van de DTC. Hij stelde zijn bevindingen ter beschikking van de Historische Vereniging Dorp Diepenveen en Omgeving. Uit dit materiaal werd deze publicatie samengesteld. Dankzij het speurwerk van Jan Jansen is nu een bijzondere periode uit de geschiedenis van Diepenveen en Deventer tijdens de Tweede Wereldoorlog geboekstaafd.