Nachtboek van een kerkuil - De bewogen oorlogsjaren van een jonge predikant in Jorwert
OverzichtIn de Tweede Wereldoorlog was Bas van Gelder predikant in het Friese Jorwert. Zijn ervaringen daar legde hij vast in een serie dagboeken. Boeiend beschreef hij onder meer het dagelijkse dorpsleven, familiegebeurtenissen, het groeiende verzet tegen de Duitsers, zijn onderduikperiode in de dorpskerk en tot slot zijn opsluiting in de Leeuwarder gevangenis.
Na de oorlog gaf hij die aantekeningen over zijn jaren in Jorwert (in het boek Lytsewier genoemd) zelf uit als 'Nachtboek van een Kerkuil'. Een bijzonder oorlogsdocument, dat in alle opzichten deze herdruk verdient! Hieronder de tekst die Van Gelder zijn 'Nachtboek' toen meegaf.
In de oorlogsjaren was ik als jong predikant werkzaam in Lytsewier. Ik heb in die jaren vaak aantekeningen gemaakt over de gebeurtenissen in ons dorp en in de grote wereld daar buiten. Die notities heb ik in dit 'Nachtboek' verwerkt, maar zodanig, dat ik mijn vergissingen, valse hoop, kinderachtige vrees en domme verwachtingen van destijds ongewijzigd heb overgenomen. De gevoelens en meningen van toen, ook al waren ze fout, dat is, wat ik in dit boek heb willen vastleggen. Het heeft de vorm van een dagboek, maar ik heb het 'Nachtboek' genoemd, omdat het grotendeels in de nachtelijke uren is geschreven en omdat er nogal wat van de nachtzijde van het destijdse leven in zit. Een dominee wordt wel een 'kerkrat' genoemd, maar voor die eretitel achtte ik mezelf net niet arm en schadelijk genoeg. Ik had echter wel in eenzame nachten vaak het kostelijke gezelschap van een oeoeiet oeoeiet roepend uilenpaar en hun krassende jonkies - vlak bij in de eeuwenoude toren, die mij tot schuilplaats diende - die gezamenlijk mij vermaakten of wakker hielden. Vandaar de titel van dit boek.
Op de achtergrond van alle feiten en ficties in dit verhaal, staat steeds de oorlog; eerst vaag en ver weg, geleidelijk scherper en meer in de buurt en ten slotte soms benauwend en gevaarlijk dichtbij. Als sommige lezers af en toe enig plezier zouden beleven aan dit relaas over ons dorp en ons gezin, dat ik met groeiende voldoening heb mogen schrijven, dan is alle moeite van meer dan een jaar werk, ruimschoots beloond.