Verwarmen en verlichten in de negentiende eeuw
OverzichtMet het vallen van de avond doen we het licht aan. Wordt het kouder dan zetten we de thermostaat wat hoger. Gewoon, alledaags comfort. In de negentiende eeuw was dit echter niet zo vanzelfsprekend. Meindert Stokroos neemt ons mee langs ontwikkelingen die het leven een stuk aangenamer hebben genaakt. Een kennismaking met de installatietechniek, rijk geïllustreerd met talloze voorbeelden van verwarmings- en verlichtingssystemen.
De eerste stappen op het pad van de installatietechniek werden met vallen en opstaan gezet. Het gebruik van kaarsen en natuurlijke oliën maakte in negentiende eeuw langzaam plaats voor lichtgas petroleum. Tenslotte deed aan het eind van die eeuw de elektriciteit haar intrede in het dagelijks leven, althans voor de gegoede burgerij. Geen omslachtig dagelijks onderhoud van de petroleumlamp meer, maar licht met een eenvoudige druk op nop.
Ook de eerste schreden op het gebied van centrale warming werden voorzichtig gezet. Van potkacheltjes en strijkkachels gestookt op hout of kolen ging het richting verwarmingssystemen met warm water. Om uiteindelijk uit te komen bij de comfortabele verwarming zoals we die nu kennen. Geen ijsbloemen meer op de ruiten omdat de kachel het af laat weten, geen roetende olielamp...