Het Dorpswoonhuis in de Kempen - Vanaf de vijftiende tot de negentiende eeuw

Artikel 587 van 783
€ 5,00 (inclusief btw)
Voorraad 1 stuk
Overzicht

De schrijver van deze studie werd in Amsterdam geboren en kwam in het jaar 1934 door een toeval in het Kempendorp Hilvarenbeek terecht, waar hij het beroep huisarts uitoefende. Hij was reeds als kind geboeid door de rijkdom aan prachtige, oude huizen van zijn geboortestad, waar hij dagelijks ronddwaalde en daardoor een grondige kennis kreeg van de voortbrengselen van de wooncultuur in een stad die lange tijd de rijkste stad ter wereld was.

In zijn nieuwe woonplaats behoorde het tot zijn dagelijks werk rond te trekken door het dorp en zijn wijde omgeving, zodat hij vele huizen en hoeven zowel in- als uitwendig grondig leerde kennen. Hij vond die huizen maar saai en armoedig. Tevergeefs zocht hij naar iets wat op de Hollandse gevelarchitectuur leek. Er stond wel hier en daar een huis met een voorgevel in herkenbare bouwstijl, bijvoorbeeld met een trapgeveltje, een klokgevel of met ornamenten die aan de Lodewijkstijlen deden denken, maar die stonden er dan zé tussen dat je het gevoel kreeg dat ze er eigenlijk niet bij hoorden. Er waren tamelijk veel huizen, gewoonlijk gebouwd in het begin van de negentiende eeuw, met een ,,empire"-gevel. Hoewel ze een statige indruk maakten, waren de meeste sober of helemaal niet versierd. Hetzelfde gold voor de interieurs.

Opvallend was ook dat de meeste huizen in soms lange rijen aan elkaar geregen leken, met de daknok evenwijdig aan de straat, dat de meeste aan de voorkant een beetje hoger waren dan aan de achterkant en dat ze geen verdieping hadden. En als er een verdieping was, bestond die alleen aan de voorkant, zodat de voorgevel dan wel twee keer zo hoog was als de achtergevel. Maar dat kon je alleen zien bij een hoekhuis.

In een van die merkwaardige huizen woonden toentertijd drie lieve, oude dametjes, die ongehuwd waren en een café met een winkeltje exploiteerden. Toen ze samen ongeveer tweehonderd jaar oud waren werd het café gesloten; het winkeltje bleef. De dames raakten door ouderdom aan de sukkel, zodat de dokter nog al eens moest komen. Hij onderzocht daarbij niet alleen de patiënten maar ook het huis, dat daarbij zijn geheimen min of meer prijs gaf. Het bleek dat het huis veel ouder was dan de voorgevel en niet door verbouwing zijn vreemde vorm had gekregen, doch dat het altijd zo geweest was. Er zat een eikehouten gebint in, dat de vorm verklaarde. Toen de oude dametjes alle drie gestorven waren, kwam er ook een einde aan het bestaan van hun huis. Het werd gesloopt; alleen de herinnering bleef over.

Maar de interesse voor het dorpshuis in de Kempen bleef bestaan. Het heeft een hele tijd geduurd voordat duidelijk werd hoe dit soort huizen tot stand kwam, hoe hun verspreidingsgebied was, wanneer ze gebouwd waren en wanneer men daarmee ophield. Daarvoor was het nodig heel de Kempen, zowel in Nederland als in België, af te reizen, allerlei topografische collecties in beide landen te raadplegen, de kunsthistorische literatuur op te sporen en door te werken en te proberen diverse huizen binnen te dringen om te kijken hoe ze in elkaar zaten. Dat laatste bleek maar in beperkte mate mogelijk. Daarom worden in het nu volgende verslag van het onderzoek af en toe conclusies getrokken die min of meer speculatief zijn.

Winkelwagen

Geen artikelen in winkelwagen.

Om even bij stil te staan...

OOSTERBEEK
Waar de Airbornes daalden...

Oosterbeek - Verleden, heden en toekomst...

AIRBORNE
Overdenkingen

ARNHEM, GEZIEN

© 2015 - 2024 Doornweerdje | sitemap | rss | webwinkel beginnen - powered by Mijnwebwinkel