Gold-Hall and Earth-Dragon - Beowulf as Metaphor
ENGELSE UITGAVE
How does the actual verbal art of the beginning of Beowulf take us into its modes of imagining? If we expose our senses and our minds to its first fifty-two lines, the much-studied exordium, a great deal begins to happen. We experience an extraordinarily rich pattern of sound and rhetorical texture, as the traditional four-stress variously alliterating lines tell a hieratic, dignified tale of the origins of a royal dynasty. The imaginative focus is on the original appearance, life, and funeral of the first king of the Scyldings. Scyld Scefing mysteriously emerges out of the sea as a desolate foundling child. After his death many years later he is sent back into the mystery of the sea and dispatched by his lamenting followers towards a destination unknown to them ... What is pointed to briefly and suggestively is the Scyldings' sense of the unknown at both ends of the life of this shadowy figure, and something of the glory in between.
(Het doel van Gold-Hall en Earth-Dragon is om voor moderne lezers de oorspronkelijke kracht van de poëtische taal van Beowulf zo volledig mogelijk te herscheppen. Lee maakt voor Beowulf gebruik van een brede, archetypische literaire context om verhelderende parallellen en contrasten te bieden met gedichten en ficties uit andere tijden en plaatsen. Hij laat zien hoe het symbolische systeem van het gedicht zich openbaart door de metaforische werking van de Oud-Engelse woorden, beeldpatronen en meer algemene verhaalstructuren, en hoe het gedicht door de Angelsaksen kan zijn ervaren en geïnterpreteerd in het licht van andere Oud-Engelse woorden en Engelse gedichten. De kritische instrumenten die Lee gebruikt - een combinatie van bepaalde technieken van New Criticism en close-reading met postmoderne theorieën over de zelfreferententialiteit van taal en met Northrop Frye's opvattingen over structuur en polysemie in de literatuur - maken een fris nieuw verslag van Beowulf mogelijk als een werk dat springlevend is in zijn poëtische taal, een fijn bewerkt symbolisch werk van verbeelding, nog steeds resonerend met oude en nieuwe betekenissen.)