Backers Branie of een VOC-oorlog in Zuid-India
OverzichtBackers Branie brengt een nauwelijks bekende koloniale oorlog in herinnering, die vrijwel onbeschreven bleef in de Nederlandse literatuur, namelijk die van de VOC in India, en doet dat in een taal die rijk is aan een bijna vergeten woordenschat.
Backers Branie beschrijft een episode van de oorlog van de VOC tegen de Zamorijn van Calicut, de voornaamste vorst van de Malabaarse kust (het tegenwoordige Kerala, in het jaar 1717. Cornelis van Meeteren, van gemengde afkomst en ongeveer vijfenveertig jaar oud, neemt als hoofdtolk deel aan de veldtocht onder leiding van Willem Backer Jacobsz. Hij ziet aan hoe de militaire actie na oorspronkelijke geestdrift ontaardt tot gebrek aan discipline, plundering, brandschatten en het afslachten van tegenstanders.
Het heldendom dat hij beschreven vindt in een heldendicht, dat hij in zijn vrije uurtjes uit het Malabaars vertaalt, is in de werkelijkheid niet waarneembaar. Het militaire bedrijf gaat hem tegenstaan. In het laatste hoofdstuk dat zich vijfentwintig jaar later afspreelt, ziet hij, als zeventigjarige tolk nog steeds werkzaam, hoe verleden en heden elkaars spiegeling zijn. Er is een andere tegenstander, maar het werk van de oorlog blijft smerig.
Leo van der Zalm (1942-2002) rondde zijn studie Nederlands af met Visies op armenzorg en zwervers in het begin van de zeventiende eeuw. Hij publiceerde bij In de Knipscheer de dichtbundels Hollands-Oostersch en Eenhoorns onder andere en verbleef voor Backers Branie, zijn eerste roman, geruime tijd in India.