Van jagers, herders en atleten
OverzichtDe titel van het verhaal vraagt enige toelichting: vanaf onze kinderjaren spraken wij al van Oosterbeek (Hoog) en daarnaast kennen we Oosterheek (Laag). Vele jaren hadden we hier zelfs 2 stations van de Ned. Spoorwegen. Dat is thans anders geworden, station Oosterbeek (Laag) kreeg een andere bestemming, terwijl het vroegere Station Oosterbeek (Hoog) thans zonder meer Station Oosterbeek is geworden.
Oosterbeek-hoog is het noordelijk-, Oosterbeek-laag het zuidelijk deel van onze mooie plaats. Ons verhaal speelt het meest rond Oosterbeek-noord en we menen dat het gebied ten noorden van de spoorlijn Wolfheze-Oosterbeek-Arnhem wel ,,het dak van Oosterbeek" genoemd mag worden. De aanduiding "noord" doet wat koud aan, het dak daarentegen geeft een veilig gevoel. Van deze geborgenheid hier mochten schrijver en vele anderen jaren genieten; redenen waarom hij er zo gaarne over schreef. Het vermelden voorts van vele gebeurtenissen gedurende 150 jaar, een blik slaan in het heden en een verwachting uitspreken omtrent de toekomst, wil zeker niet een luide verkondiging van ,,de daken" zijn. Terwijl de totstandkoming van het geheel bepaald niet van "een leien dakje" is gegaan.