De heren worden bedankt
OverzichtVan de ruim 2500 Nederlandse militairen die in de gehele periode van het Nederlands-Indonesische conflict (1945-1949) omkwamen, vielen er tijdens de beide politionele acties 'slechts' ruim 280. (...) In de 7 maanden na de tweede actie - januari tot augustus 1949 - lag het verliescijfer aan Nederlandse zijde echter op 166 man per maand.
Het was in deze laatste periode dat De Graaffs 425ste bataljon op het toneel verscheen. Het viel midden in de moeilijkste situatie die de Nederlanders in al die jaren onder ogen moesten zien. Het had geen tijd ervaring op te doen maar het werd na een korte aanpassingsperiode meteen in een van de gevaarlijkste gebieden gestationeerd. Het kreeg dan ook in weinige weken harde klappen.
Het is weinigen gegeven onder oorlogsomstandigheden, als directe deelnemers aan psychisch en moreel ontwrichtend geweld, nauwkeurig en systematisch te blijven registreren wat zich voor hun ogen afspeelt. Tot die weinigen behoort de auteur van dit boek, de voormalig sergeant-gewondenverzorger van het 425ste Bataljon Infanterie, Ant. P. de Graaff.
Een van de aantrekkelijkheden van zijn boek is het feit dat hij in geen enkel opzicht een blad voor de mond neemt. Hoewel hij de indruk maakt als een goed militair orders op te volgen die hij krijgt, verzuimt hij zelden er bij aan te tekenen wat hij van absurde orders vindt en hoe hij denkt over degenen die hem er mee lastig vallen. En wat nog belangrijker is: hij laat zien dat het voor iemand met de nodige volwassenheid mogelijk is ook in een klimaat waar verantwoordelijkheid niet altijd hoog staat aangeschreven integer te blijven handelen.